‘Van angstig jongetje naar zelfverzekerde puber’
Pleegmoeder Joanda vertelt over tienerpleegzorg
Joanda (45 jr.) woont samen met haar man Robert (45 jr.) en haar zoon Joris (9 jr.) in Vroomshoop. Sinds vier jaar woont ook pleegzoon Tim* van 15 jaar bij hen. Hoe is het om ineens een tiener in huis te hebben? Joanda vertelt haar verhaal.
Een maand na de pleegouder training werd het gezin gebeld door Jarabee of ze wilden kennismaken met Tim, toen 11 jaar. Joanda: ‘Tim woonde in een crisispleeggezin. De eerste kennismaking was wel wat onwennig. Tim was heel verlegen. Gelukkig namen zijn crisispleegouders het voortouw. Ze vertelden wat Tim leuk vindt om te doen en hoe het contact met zijn familie is. Nadat we elkaar nog eens gezien hadden bij ons thuis, woonde hij binnen twee weken bij ons.’
Je voelt je 'een vreemde' in je eigen huis
Joanda voelde zich in het begin een vreemde in haar eigen huis. ‘Tim was een stille, slimme, lieve beleefde jongen,’ vertelt ze. ‘Hij vertoonde veel sociaal wenselijk gedrag. Dat vond ik best ingewikkeld. Want: Wat denkt hij? Hoe voelt hij zich? Hoe vindt hij het bij ons? Hij was eigenlijk een kameleon, die in alles meeging. Ik wilde heel graag weten wat er echt in zijn hoofd omging. Gelukkig konden we ons verhaal kwijt bij onze begeleider.’
'Tim nam direct de vaderrol op zich' Tim nam - in het begin - automatisch de vaderrol voor Joris op zich. Daarover voerden Joanda en Robert veel gesprekken met hun pleegzorgbegeleider. Joanda: ‘Tim heeft veel gemist in zijn jeugd. Hij zorgde voor zijn broertjes en zusjes en voelde zich ook verantwoordelijk voor Joris. Wij moesten hem leren dat het niet zijn taak is om voor Joris te zorgen. Hij is een slimme jongen en maakte al snel een inhaalslag. Onze zoon was nog maar 5 jaar, dus Tim kon ook écht weer kind zijn. Ze speelden samen op de trampoline en bouwden zandkastelen op het strand. Als we een spelletje speelden en hij verloor, kon hij ‘gewoon huilen’, zonder dat dat raar was op z’n 11e. Joris deed dat, dus Tim ook. Hij hoefde nergens tegenop te kijken. Dat heeft hem veel vertrouwen gegeven. Joris was tot zijn vijfde alleen én had ineens een grote broer. Hij leerde veel van hem. Ze waren direct gek op elkaar.’
'Hij viel stil en keek naar beneden'
Joanda vertelt verder: ‘Tijdens de training hoorden we verhalen van kinderen die bijvoorbeeld ook veel boosheid tonen of agressief zijn, maar Tim heeft dat eigenlijk nooit gedaan. Hij is nog steeds die lieve, introverte en stille jongen. In het begin heeft hij weleens gelogen. Hij stal bijvoorbeeld geld, omdat hij iets wilde kopen. Als wij ernaar vroegen, dan ontkende hij. Daar hebben we weleens pittige gesprekken over gevoerd. Ik zei dan bijvoorbeeld: ‘In dit huis wordt niet gelogen. Je mag best vragen als je dingen wil hebben, dan kunnen we het erover hebben.’ Hij klapte dan helemaal dicht, viel stil en keek naar beneden. Zijn ogen gingen ook letterlijk dicht. Later vertelde hij dat zijn moeder heel streng voor hem was. Hij moest op zijn vijfde bijvoorbeeld al hele moeilijke sommen uit zijn hoofd leren. Hij durfde nooit tegen zijn moeder in te gaan en was altijd bang voor haar reactie. Dat verklaart waarom hij zo reageerde.’ Wanneer is het pubergedrag en wanneer is het zorgelijk? ‘Nu we een aantal jaren verder zijn, liegt hij nog steeds weleens. Hij neemt bijvoorbeeld soms stiekem zijn telefoon mee naar boven. Maar doen alle pubers dat niet? Wanneer is het pubergedrag en wanneer is het zorgelijk? Dat is nog weleens een zoektocht. We waren vier jaar geleden ineens ‘ouders’ van een kind die in groep 8 zat, terwijl onze zoon net op de lagere school begon. Tim had andere behoeften dan Joris. Daar moesten we nog wel wat structuur in vinden. Tim was bijvoorbeeld - in zijn vorige pleeggezin - gewend dat hij op de Playstation kon spelen. We wilden eigenlijk niet dat Joris op zijn leeftijd ook al op de Playstation ging. We hebben daarom samen wat regels op papier gezet. Dat werkt voor iedereen prettig.’
‘Ook al voelt hij nooit als onze eigen zoon, toch zijn we heel hecht samen’
Joanda vertelt met een grote glimlach hoeveel voldoening ze uit het pleegouderschap haalt: ‘Het voelt goed dat je iemand een fijn thuis kunt geven. Tim komt uit zo’n ‘andere wereld’. Het is mooi om te zien hoe hij zich ontwikkelt tot een gezonde puber. Ook al voelt hij niet als onze eigen zoon, toch zijn we heel hecht samen. Hij heeft zijn plek gevonden in ons gezin en zit goed in zijn vel.’ Tot slot vertelt Joanda voldaan: ‘Als we hem nu aanspreken op zijn gedrag, zit er een hele andere jongen tegenover me. Niet meer angstig, maar assertief en zelfverzekerd. Hij kijkt me in de ogen en weet hoe hij zo’n gesprek moet voeren. Ja, dan ben ik super trots op hem.’
*Zijn naam is fictief. Het verhaal echt.
"Hij heeft zijn plek gevonden in ons gezin en zit goed in zijn vel."